De Goirlese volmolen is gebouwd op de grens met Tilburg aan de Heesch. De plaats is niet toevallig. Goirle kende enkel wevers van linnen en jute, grondstoffen waarvoor geen volmolen nodig is. Het vollen is een procedé voor de wolindustrie. Deze wolindustrie was in hoge mate geconcentreerd in Tilburg. De volmolen moest ook op voldoende afstand staan van de watermolen aan de Molendijk die mogelijk het functioneren van de volmolen zou kunnen beïnvloeden. De watermolen moest door het verplaatsen van grote hoeveelheden water worden aangedreven en de volmolen werd door windkracht aangedreven. Het aangevoerde water was spoelwater. Daarom nog iets over het procedé vollen:Vollen is vervilten. Wol kan door sop, warmte en wrijving vervilten omdat de vezels van wol dan in elkaar haken. Een volmolen is een machine waarmee wol vervilt wordt door met houten hamers in een bak op de natte wol te slaan. De eigenschappen van het lakenwol werden bepaald door de veredeling van de wollen stoffen. Die veredeling noemde men vollen.
Het procedé vollen
Vollen is vervilten. Wol kan door sop, warmte en wrijving vervilten omdat de vezels van wol dan in elkaar haken.Een volmolen is een machine waarmee wol vervilt wordt door met houten hamers in een bak op de natte wol te slaan. De eigenschappen van het lakenwol werden bepaald door de veredeling van de wollen stoffen. Die veredeling noemde men vollen.